oliekevers
Kenmerken
Oliekevers zijn vaak goed te onderscheiden door hun verkorte dekschilden en overwegend donkere, metallische kleuren of hebben juist volledig ontwikkelde dekschilden plus achtervleugels en hebben dan een lichtere of bonte kleur met fraaie tekening. Behorende tot de grote familiegroep van de Heteromera die worden gekenmerkt, doordat ze aan de voor- en middenpoten 5 en aan de achterpoten 4 tarsleden.
Voorkomen
De meeste soorten (ca. 35) komen in Europa voor in de warme Middellandse Zeegebieden. Waarschijnlijk nog maar 4 soorten in Nederland en België, die de laatste decennia sterk in aantal achteruit zijn gegaan.
Levenswijze
Alle soorten zijn als larven parasieten van andere insecten en maken vaak een aantal ingewikkelde ontwikkelingsfasen door. Veel oliekeversoorten gebruiken in zand nestelende bijen als gastheer, andere soortgroepen parasiteren de eipakketten van sprinkhanen. Vele soorten zijn erg giftig.
Behandelde taxa
Lytta vesicatoria (Spaanse vlieg)
Meloe proscarabeus (gewone oliekever)
Meloe violaceus (blauwe oliekever)
Mylabris pannonica
Mylabris quadripunctata
Mylabris variabilis