Coenagrion pulchellum

variabele waterjuffer

Spanwijdte vleugels 40-50 mm, mei-september

Kenmerken
Mannetje (048 2 g) met opvallend smal achterlijf, dat in het midden slechts 0,5 mm breed is. Op het tweede segment is een bekervormige tekening te zien. Vrouwtje zwaarder gebouwd dan het mannetje helderblauw met zwarte tekening. De soort komt, zoals de Nederlandse naam al zegt, in een aantal kleurvariƫteiten voor.

Voorkomen
Bij plantenrijke, schone, stilstaande wateren. Komt in Nederland plaatselijk massaal voor in laagveengebieden. Ook vrij algemeen op de zandgronden, ook in Belgiƫ.

Levenswijze
Eieren in drijvende bladeren. Het vrouwtje schuift haar achterlijf vaak door vraatgaten van kevers door naar de onderzijde van het blad.

%LABEL% (%SOURCE%)