Neureclipsis bimaculata

Lengte 4-7 mm, Spanwijdte vleugels 12-21 mm, juli-augustus

Kenmerken
Imago met zwart lichaam en grijs behaarde vleugels met grotere en kleinere, witgele vlekken (niet afgebeeld). Familie Polycentropodidae.

Voorkomen
In de monding van rivieren en in grote plassen. In Nederland vrij algemeen.

Levenswijze
De slanke, wittig gekleurde larve wordt tot ongeveer 22 mm lang en heeft een gele kop met donkere puntjes. Ze bouwt geen koker, maar spint één van de fraaist gevormde vangnetten onder de vangnetbouwende kokerjuffers. Het bestaat uit een tot 10 cm lange trechter met een opening van ongeveer 4 cm breed (324 1 g). De trechter buigt aan het achtereinde om en eindigt in een smal tuutje. De trechteropening is steeds tegen de stroomrichting van het water gericht, zodat daarin allerlei losgeraakte deeltjes kunnen instromen. De larve houdt zich in het omgebogen gedeelte op en voedt zich zowel met plantaardige als met dierlijke resten.

%LABEL% (%SOURCE%)