Yponomeuta evonymella

vogelkersstippelmot

Spanwijdte vleugels 22-26mm, juli-augustus

Kenmerken
Stippelmot met smalle, sneeuwwitte vleugels met 5 rijen zwarte puntjes.

Voorkomen
Algemeen in open landschap, langs bosranden, in parken en boomgaarden.

Levenswijze
De tot 20 mm lange rupsen (330 1c g) zijn gelig of grijs van kleur en dragen op ieder segment 2 korte, zwarte lengtestrepen (330 1c g). Zij leven in mei en juni gregair, vooral op vogelkers (Prunus padus), hoewel de soortsnaam verwijst naar de kardinaalsmuts (Euonymus europaea). De verwarring is compleet als men bedenkt dat een verwante soort, de kardinaalsmutsstippelmot Yponomeuta cognatella, wel op kardinaalsmuts leeft. De rupsen van de vogelkersstippelmot leven in grote tenten van spinsels rond de stam en takken van de voedselplant en kunnen hem helemaal kaalvreten (330 1b g). Als de boom kaal gevreten is stappen de rupsen niet over naar een andere soort voedselplant. De rupsen die dan nog niet volgroeid zijn verhongeren op de kale boom. De verpopping vindt plaats in kleine, witte cocons die in compacte pakketten in de spinsels hangen. In de loop van juni komen de eerste motten uit op het moment dat de boom opnieuw uitloopt (het regeneratieproces na kaalvraat is indrukwekkend). Na enige weken is er van de schade van de stippelmotten en hun spinsels niets meer te zien. De nieuwe generatie motten legt de eieren op de takken van de boom. De eieren overwinteren.

%LABEL% (%SOURCE%)