Lengte 8-9 mm, juli-mei
Kenmerken
Opvallend slanke soort. Eerste lid van de voeldspriet dik en behaard. De kleur wisselt in de loop van het leven van strogeel naar geelbruin, vervolgens met zwarte strepen en tenslotte groen soms tot bijna zwart (familie Miridae).
Voorkomen
Algemeen in ongecultiveerd grasland en langs bosranden.
Levenswijze
Leeft op grassen. Het vrouwtje overwintert als volwassen dier in tegenstelling tot [link][image][filename]1_4_g.jpg100 4 g[/text][/image][/link], [link][image][filename]1_5_g.jpg100 5 g[/text][/image][/link], [link][image][filename]1_6_g.jpg100 6 g[/text][/image][/link], [link][image][filename]1_8_g.jpg100 8 g[/text][/image][/link] en de meeste andere Miride wantsen.