gewone spektor
Lengte 7-9 mm, januari-december.
Kenmerken
Lichaam zwart met kenmerkende beharing. Voorste helft dekschilden grijsgeel met kleine, zwarte vlekken.
Voorkomen
Algemeen op verdroogde kadavers en in huiden, bont, verlaten wespennesten en huizen.
Levenswijze
Kever en larve voeden zich onder andere met gedroogd vlees. De larven worden wel gebruikt bij het prepareren van dierskeletten.