bonte wantsendoder
Lengte 6-9 mm, juni-september.
Kenmerken
Beide seksen zeer verschillend in uiterlijk. Mannetje met groene ogen, gele poten en geel getekende kop, borststuk en achterlijf (288 1a g[/text][/image][/link], bovenste dier). Vrouwtje met zwarte ogen en een overwegend rood achterlijf en met witte tekeningen op het lijf ([l]288_1b_g.jpg288 1b g).
Voorkomen
Op open, warme zandvlakten, vooral in binnenduinen. Zeldzaam in het zuidoosten van Nederland en België.
Levenswijze
Deze kleine graafwesp is gespecialiseerd op het vangen van roofwantsen van de familie Nabidae, die zij vliegend naar het nest vervoerd.