Sphinx pinastri

dennenpijlstaart

Spanwijdte vleugels 65-80 mm, mei-augustus

Kenmerken
Lichaam en voorvleugels grijzig met variabele zwarte tekening. Achtervleugels donkergrijs. Borststuk met 2 zwarte zijstrepen.

Voorkomen
Vrij algemeen in dennenbossen, ook in parken en tuinen met dennen en sparren.

Levenswijze
Onder gunstige omstandigheden vliegt de vlinder in 2 generaties: in mei-juni en juli-augustus. In de koudere regionen van Europa vliegt de soort in één lange, in de tijd gespreide generatie. De vlinder bezoekt graag kamperfoelie om nectar te drinken. Overdag is hij op stammen te vinden en is met gevouwen vleugels uitstekend gecamoufleerd (364 1a g). De tot 8 cm lange, groene rups met geelwitte lengtestrepen (364 1b g) leeft bij voorkeur op dennen, maar ook op andere naaldbomen. Zij is dagactief.

%LABEL% (%SOURCE%)