Spanwijdte vleugels ca. 15 mm, juni-juli
Kenmerken
Klein bloeddrupje met donkerbruine, bijna transparante voorvleugels en roze achtervleugels
Voorkomen
Op zeer warme berggraslanden met verspreide struikgroei, zuidelijke Alpen en Picos de Europa (Spanje). In het noorden zeer zeldzaam tot in de Elzas. Niet in Nederland en Belgiƫ.
Levenswijze
De vlinder heeft in tegenstelling tot de andere bloeddrupjes geen roltong en bezoekt geen bloemen. Rups (380 5b g) is zeer bont van kleur: lichtgeel met 2 zwart ingebedde, roodpaarse lengtestrepen. Voedselplant: meidoorn, sleedoorn en andere roosachtigen.