Ephemera danica

Spanwijdte vleugels 35-45 mm, mei-september

Kenmerken
Vleugels subimago (032 1a g) wazig, half doorschijnend, bij het imago (032 1c g) helder doorschijnend met donkerbruine vlekjes. Imago met 3 staartdraden die ongeveer twee keer zo lang zijn als het lichaam, een paar kommatekens op de achterlijfssegmenten die naar de achterkant toe steeds duidelijker zijn afgetekend. Slanke nimf met cilindervormig lichaam (032 1d g) bovenkaken smal, toegespitst. Korte, krachtige poten.

Voorkomen
Bij schoon stromend water, vooral in niet te snel stromende bergbeekjes, ook in rustig stromende laaglandbeken. Vroeger in Nederland algemeen in het rivierenland. Thans veel zeldzamer.

Levenswijze
De soort vliegt vrijwel van de late lente tot in de late zomer, maar de vliegtijd bereikt in juni haar hoogtepunt. Uit de in het water levende nimf kruipt eerst, zoals bij haften gebruikelijk, een reeds gevleugeld subimago (032 1a g), dat zich duidelijk onderscheidt van het imago door de ondoorzichtige, wazige vleugels en de veel kortere staartdraden. Dit stadium houdt zich op in de oevervegetatie en vervelt na een of twee dagen en is dan een volwassen dier of imago (032 1b g). Het imago kan ongeveer drie tot vier dagen oud worden. Men treft de mannetjes vaak op en neer vliegend in dichte zwermen boven het water aan, vooral bij warm en broeierig weer van de namiddag tot in de avonduren. Zodra er zich een vrouwtje in de zwerm begeeft wordt ze door een van de mannetjes vast gegrepen, waarna het paar zich bij de oever naar beneden laat zakken voor de paring. De eileg vindt plaats tijdens de vlucht boven het water waarbij het vrouwtje steeds heel kort met haar achterlijf het water raakt en zo steeds een groepje eitjes afzet. Tenslotte laat zij zich uitgeput in het water vallen en sterft dan. De nimf ontwikkelt zich in het water op fijn zanderige of modderige bodem. Zij woelt een beetje door de bodem met de kaken en poten en daarbij neemt zij kleine bodempartikels op en filtreert zo de verteerbare bestanddelen delen eruit om zich te voeden. De nimfale ontwikkeling duurt minstens twee jaar.

Gelijkende soorten
Ephemera vulgata onderscheidt zich van E. danica door duidelijk bredere kommatekeningen op alle achterlijfssegmenten. Deze soort komt meer voor in stilstaand helder water met zanderige bodem en is meestal zeldzamer dan E. danica.

%LABEL% (%SOURCE%)