Ordo Embiidina

webspinners

Kenmerken
Kleine, voornamelijk onderaards levende insecten met een lengte van 15 tot 20 mm. Kop tamelijk afgeplat met vooruitstekende, bijtende monddelen (prognaath). Voelsprieten in de vorm van een parelsnoer bestaan uit 15-32 segmenten. Kleine facetogen, ocellen ontbreken.

Borststuk bestaat uit drie goed van elkaar beweegbare segmenten. De poten hebben tarsen met 3 segmenten; de achterdijen zijn opvallend verdikt. Het eerste tarslid van de voorpoten is opvallend gezwollen en afgeplat; hierin liggen ongeveer 100 spinklieren. Vrouwelijke Embiidina zijn steeds ongevleugeld en bij verscheidene soorten zijn ook de mannetjes vleugelloos. Bij sommige soorten komen zowel gevleugelde als ongevleugelde mannetjes voor. De vleugels zijn zeer buigzaam en niet aan elkaar gekoppeld; ze worden in rust plat over het lichaam gevouwen. Een vleugelstigma ontbreekt. Als er vleugels aanwezig zijn, dan zijn voor- en achtervleugels gelijk, rokerig bruin of bijna transparant en bekleed met fijne haartjes. De radiale ader is sterk verdikt, maar de andere aders zijn heel zwak ontwikkeld. Abdomen recht en langwerpig. Bij vele soorten is het tergiet van het abdominale segment 10 overlangs asymmetrisch gespleten en draagt de achterrand soortspecifieke vervormingen, die bij de paring een belangrijke rol spelen. De mannelijke genitaliën zijn asymmetrisch, zo ook de vorm van de cerci, maar die van de vrouwtjes zijn recht en ongewijzigd.

Kleur: onopvallend lichtbruin tot zwart.

Voorkomen
Wereldwijd verspreid, maar voornamelijk in de (sub)tropische regio’s. In Europa alleen in Mediterrane gebieden. In de streken met een gematigd klimaat worden ze soms ingevoerd en ze kunnen het in verwarmde kassen een tijdje uithouden.

Habitat
Meestal in tamelijke droge, zandige of rotsige gebieden. Webspinnen leven onderaards en vooral onder stenen, schors, in bladstrooisel in zelf gesponnen, kleine woonbuizen. Bij koud weer gaan ze dieper de grond in.

Levenswijze en voortplanting
De nimfen en vrouwelijke webspinners brengen hun leven altijd door in hun zelf gesponnen leefbuisjes. Webspinners zijn subsociaal: ze leven in kolonies, maar leiden wel een eigen bestaan. De spinsels bieden bescherming tegen roofvijanden, zoals duizendpoten en bepaalde soorten sluipwespen die uitsluitend op Embiidina jagen (Chrysidoidea: familie Sclerogibbidae). Als Embiidina verstoord worden lopen ze snel achteruit (embios = levendig, snel achteruitlopen bij gevaar). Gevleugelde mannetjes verlaten de geboorteplaats en zoeken vrouwtjes in andere populaties op om te paren. Ze worden in warme streken ‘s avonds op licht aangetroffen. Europese soorten brengen zelden gevleugelde mannetjes voort. Eigenaardig is ook dat de mandibels van de mannetjes scherper zijn dan die van de vrouwtjes. Het zou kunnen dat mannetjes hun kaken gebruiken bij gevechten om paringspartners met concurrerende soortgenoten.

Embiidina leven van levend of dood, droog plantenmateriaal, zoals dood gras. De volwassen mannetjes eten niet. Vrouwtjes produceren vrij grote eieren die ze bewaken in hun tunneltjes. De nakomelingen wonen nog een tijd bij de moeder in de woonbuis, maar beginnen op een gegeven moment een eigen leven in een eigen gangetje.

Systematiek
De Embiidina zijn zeer waarschijnlijk een oude, primitieve groep insecten. De fossielen uit het onder-Perm (280-251 miljoen jaar geleden) zijn controversieel: het is niet zeker of dit wel echte Embiidina zijn. De fossielen uit het onder-Tertiair (Oligoceen: 38-22,5 miljoen jaar geleden) zijn wel betrouwbaar, maar niet zo interessant omdat bijna alle recente ordes insecten al met grote zekerheid aanwezig waren.

De verwantschap met andere insectenordes is nog onvoldoende uitgezocht. De orde Embidiina kent geen onderordes. De indeling op soort en familie vindt plaats op grond van vleugelkenmerken, de bouw van de monddelen en de asymmetrie van de abdominale segmenten en het mannelijk geslachtsapparaat. Voor de identificatie zijn de mannetjes dus van groot belang. Naar schatting zijn er wereldwijd ongeveer 300 soorten beschreven. Waarschijnlijk zijn er zes in Zuid-Europa, behorend tot de Embiidae.

Behandelde taxa
Familie Embiidae
Monotylota ramburi (gewone webspinner)

%LABEL% (%SOURCE%)