Elaphrus cupreus

grote oeverloopkever

Lengte 7-9 mm, januari-december.

Kenmerken
Ogen opvallend groot, zoals bij de zandloopkevers. Dekschilden donker bronsachtig met grove, blauwige putjes.

Voorkomen
Meestal op kale oevers van watertjes, ook in rivierbossen en duinvalleien. Algemeen.

Levenswijze
Dagactief en zeer beweeglijk. Oeverloopkevers kunnen door dekschilden tegen elkaar te bewegen tsjirpend geluid voortbrengen.

Gelijkende soorten
De (kleinere) oeverloopkever (E. riparius) heeft over het hele lichaam een duidelijk metaalgroene glans en komt algemeen in dezelfde typen biotopen voor.

%LABEL% (%SOURCE%)