eikenbladrolkever
Lengte 4-7 mm, mei-augustus.
Kenmerken
De soort lijkt in kleurpatroon op de hazelaarbladrolkever, maar heeft zwarte poten. De kop is ook niet zo extreem ingesnoerd, maar is voor een snuitkeverachtige normaal gevormd (kever niet afgebeeld).
Voorkomen
Vooral op jonge eikenbomen. Vrij algemeen in geheel Nederland en België.
Levenswijze
Het vrouwtje maakt in beide zijranden van het blad loodrechte sneden tot aan de middennerf en rolt de beide helften van de bladuiteinden op tot een compact tonnetje (204 4 g). Meestal wordt er per tonnetje maar een ei gelegd.