Mesembrina meridiana

schorsvlieg

Lengte 9-13 mm, april-oktober.

Kenmerken
Grote, glanzend zwarte vlieg met oranje gekleurde vleugelbases en evenzo gekleurd ‘gezicht’ (gedeelte tussen de ogen onder de voelsprieten).

Voorkomen
Algemeen in Nederland en België, vooral op zandgronden bij bosranden.

Levenswijze
De vlieg zont vaak op bomen of op de grond. De larven ontwikkelen zich in paarden- en rundermest en eten daar niet zo zeer de mest, maar de daarin levende, andere soorten vliegenlarven. Vaak legt het vrouwtje per mesthoop maar 1 of enkele eieren, mogelijk omdat haar nakomelingen dan niet met elkaar hoeven te concurreren om voedsel. De larven doden veel andere medemestbewoners om de volwassen staat te bereiken.

%LABEL% (%SOURCE%)