Leucospis dorsigera

reuzenertswesp

Lengte 10-12 mm, mei-juli.

Kenmerken
Tamelijk grote, zijdelings afgeplatte sluipwesp: zwart met gele tekeningen. Vleugels worden in rust vaak tegen het lichaam gehouden.

Voorkomen
Op zonnige, warme locaties, in Zuid-Nederland en de Ardennen doorgaans zeer zeldzaam.

Levenswijze
De soort ontwikkelt zich in het broed van behangers- en metsel bijen die in holle stengels nestelen. De broedcellen worden door de stengel aangestoken met behulp van een ingewikkeld gebouwde legboor. In rust steekt de lange legboor niet uit, maar wordt van onderuit over de hele omtrek van het achterlijf geklapt. Bij het aanboren van de gastheer (252 4 g) lijkt het wel of het achterlijf openbreekt en er een breukvlak ontstaat, terwijl de legboorscheden boven het achterlijf schuin naar boven steken.

%LABEL% (%SOURCE%)