Myrmica scabrindis

ruwknoopmier

Lengte 3,5-6.5 mm, januari-december.

Kenmerken
Een knoopmier die makkelijk te herkennen is aan de achterlijfssteel met 2 knoopvormige, afgesnoerde en verdikte segmenten. Knoopmieren hebben een functionele angel. Meestal zijn ze rood van kleur met op het eind van het borststuk 2 lange, schuin afstaande, spitse doorns.

Voorkomen
Algemeen op kalkgraslanden en heidevelden, zowel op zonnige, droge plaatsen als op vochtige terreinen, zoals hoogvenen.

Levenswijze
Nestelt vaak onder stenen.

Gelijkende soorten
Lastig te onderscheiden van een aantal zeer gelijkende, andere Myrmica soorten.

%LABEL% (%SOURCE%)