gewone heidespanner
Spanwijdte vleugels 22-30 mm, april-september
Kenmerken
Seksen duidelijk verschillend van kleur. Mannetje (344 4a g) met lichtbruine voor- en geelachtige achtervleugels, beide met bruine zigzag bandtekening en fijne bestreping en bestippeling. Voelsprieten lang gekamd. Vrouwtje (344 4b g) met een zelfde soort tekening, maar op een witte grondkleur. Voelsprieten draadvormig. Regelmatig duiken er exemplaren op met zeer afwijkende vleugeltekening, b.v. met een extreem dichte, donkere bestippeling of egaal donkerbruine vleugels, ook komen er dieren voor met geheel witte vleugels.
Voorkomen
Vooral op heidevelden, heidebossen, ook op droge (kalk)graslanden.
Levenswijze
De vlinders zijn dagactief. Rups grijs tot donkergroen, vaak met rijen witte vlekjes op de rug; leeft op struikheide, dopheide en verschillende vlinderbloemigen.
Gelijkende soorten
De dennenspanner (Bupalus pinarius) heeft als mannetje witte of gelige, als vrouwtje bruine of oranje voorvleugels met donkerbruine vleugeltop. De rups is groen met witte strepen (afgebeeld als prooi van de kleine rupsendoder, Ammophila pubescens) en kan bij grote dichtheden schade toebrengen aan dennenbomen.