Neodiprion sertifer

rode dennenbladwesp

Lengte 6-9 mm, juli-oktober.

Kenmerken
Een vertegenwoordiger van de familie Diprionidae. Van deze groep hebben de mannetjes gekamde antennen (248 1a g) en de vrouwtjes eenvoudige, enigszins gezaagde voelsprieten (248 1b g). Het mannetje van de rode dennenbladwesp heeft een zwart borststuk, dat van het vrouwtje is roodgeel.

Voorkomen
Per jaar wisselend, vrij algemeen tot zeer algemeen in dennenbossen.

Levenswijze
Het vrouwtje legt haar eieren met de legboor in rijen in dennennaalden, alwaar ze overwinteren. De grijsgroene larven met lichte lengtestrepen (248 1c g) leven gregair op jonge groeipunten en eten de naalden. Bij hoge dichtheden kunnen zij bomen vrijwel kaal vreten, dit gebeurt in onze streken nog maar zelden.

%LABEL% (%SOURCE%)